Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [33]Gedenk mijner, mijn God, [34]in dezen; en delg mijn [35]weldadigheden niet uit, die ik aan het huis mijns Gods en aan Zijn [36]wachten gedaan heb. 33. Vergelijk Gen.8:1; Hebr.6:10, en onder, vs.22,31, en zie boven, hfdst.5 vs.19. 34. Of, dezen aangaande. 35. Gelijk 2 Kron.32:32, en 2 Kron.35:26. 36. Bezorgende dat de godsdienst in uw tempel van een ieder, volgens zijn ambt, wel mocht worden waargenomen; zie Num.3:7.